Na
het vonnis van de Raad van State
van 1 oktober j.l. zag de gemeenteraad van Westerveld na 10
weken bedenktijd uiteindelijk toch nog kans een nieuw besluit op
bezwaar te nemen. De manier waarop dit gebeurde is een lichtend
voorbeeld voor het openbaar bestuur in ons land.
Daaruit
blijkt, dat het voorstel niet de reguliere voorbereiding ten deel is
gevallen.
Het
is een voorstel van het presidium dat niet zoals bij andere
raadsvoorstellen te doen gebruikelijk in een openbare raadscommissie
is besproken.
Het
is dus in de beslotenheid van het beraad van fractievoorzitters (het
presidium) tot stand gekomen. Ouwe jongens (inclusief Jelle de Haas)
onder elkaar want ons kent ons nietwaar?
Daarbij
komt, dat het raadsbesluit tot nu toe ook niet openbaar is:
“De
raad besluit conform de ter inzage gelegde concept-beschikking,
inclusief de daarbij behorende bijlagen.......”
Het
hoe en waarom om het besluit voor gewone stervelingen niet leesbaar
te maken is te lezen onder 5. Kanttekeningen van het raadsvoorstel:
“De
concept-beschikking en de daarbij behorende bijlage worden alleen
voor raadsleden ter inzage
gelegd. Dit om te voorkomen dat informatie die de gemeenteraad – in afwijking van het voorstel – toch geheim zou willen houden, toch openbaar wordt.”
gelegd. Dit om te voorkomen dat informatie die de gemeenteraad – in afwijking van het voorstel – toch geheim zou willen houden, toch openbaar wordt.”
Dat
de gemeenteraad ondanks een vonnis van de Raad van State toch nog
steeds geen boodschap heeft aan artikel 25 van de Gemeentewet past
naadloos in het integere besloten karakter van het presidium.
En als ik dan het beslispunt nader beschouw kan ik tot geen
andere slotsom komen dat de raad heeft besloten tot vaststelling van
een beschikking die inhoudelijk niet openbaar is.
De
Raad van State overwoog in zijn vonnis bij 8.3. en 9. het volgende:
8.3.
Na met toepassing van artikel 8:29 van de Awb kennis te hebben
genomen van de niet openbaar gemaakte passages van het rapport, stelt
de Afdeling vast dat de desbetreffende passages geen opvattingen,
voorstellen, aanbevelingen of conclusies bevatten als bedoeld in
artikel 1, aanhef en onder f, van de Wob. Ze bevatten feitelijke
beschrijvingen waarin geen persoonlijke beleidsopvattingen zijn
opgenomen. In weerwil van het standpunt van de raad, bestaat geen
grond voor het oordeel dat deze feitelijke beschrijvingen zodanig met
de eveneens in het rapport opgenomen persoonlijke beleidsopvattingen
zijn verweven dat deze niet van elkaar zijn te scheiden. Artikel 11,
eerste lid, van de Wob staat dan ook niet aan openbaarmaking van deze
passages
in de weg. De raad heeft dit niet onderkend.
9. Voor zover de raad zich op het standpunt heeft gesteld dat artikel 10, tweede lid, aanhef en onder g, van de Wob, aan openbaarmaking van de desbetreffende passages in de weg staat, overweegt de Afdeling dat er een aanknopingspunten zijn voor het oordeel dat in die passages feiten staan waarvoor geldt dat, indien ze openbaar zouden worden gemaakt, bij de betreffende aangelegenheid betrokken natuurlijke personen onevenredig zouden worden benadeeld.
9. Voor zover de raad zich op het standpunt heeft gesteld dat artikel 10, tweede lid, aanhef en onder g, van de Wob, aan openbaarmaking van de desbetreffende passages in de weg staat, overweegt de Afdeling dat er een aanknopingspunten zijn voor het oordeel dat in die passages feiten staan waarvoor geldt dat, indien ze openbaar zouden worden gemaakt, bij de betreffende aangelegenheid betrokken natuurlijke personen onevenredig zouden worden benadeeld.
In
gewoon Nederlands: in het rapport staan dus alleen feiten en er wordt
niemand door het rapport benadeeld. Waarom dan die geheimzinnigheid?
Zou er dan toch................................
Conclusie:
er is dezerzijds opnieuw een WOB-verzoek noodzakelijk om het
concept-besluit en de bijlagen in de openbaarheid te brengen. Het zij
zo.
Wordt
vervolgd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten