StatCounter

woensdag 2 maart 2011

De burgemeester

Hoewel het verzoek tot het doen van aangifte wegens fraude op 18 oktober 2010 was gericht tot het college van B&W achtte dit bestuursorgaan zich onbevoegd en nam vervolgens het besluit de affaire met betrekking tot het declaratiegedrag van Gemeentebelangen Westerveld verder te laten afdoen door de voorzitter van de gemeenteraad. Deze schetste in de raadsvergadering van 1 maart 2011 de gang van zaken tot nu toe en verklaarde, dat hij op grond van eigen onderzoek geen aangifte zal doen.

De conclusie die aan deze stellingname moet worden verbonden is, dat er geen wetten zijn overtreden en er dus geen strafbare feiten zijn gepleegd.

Een oud spreekwoord luidt: gelijke monniken, gelijke kappen.

Voor alle raadsleden van de gemeente Westerveld geldt dus, dat

  1. kosten, die reeds via hun maandelijkse onkostenvergoeding werden vergoed na declaratie alsnog ten laste van het fractiebudget kunnen worden gebracht en dus tweemaal worden vergoed. Gewoon doen, de wet wordt hierdoor niet overtreden.
  2. kosten, ten behoeve van de (kies)vereniging die zij vertegenwoordigen en die niets met fractiewerkzaamheden sec van doen hebben desalniettemin kunnen worden gedeclareerd en eveneens ten laste van het fractiebudget kunnen worden gebracht. Van: anderen bevoordelen is hierbij  geen sprake.
  3. ondanks het gestelde in de Gemeentewet art. 99 raadsleden zichzelf een extra vergoeding kunnen toekennen voor het onderhouden van de website van de (kies)vereniging. Een ondertekende declaratie is niet nodig. Noem het maar: “administratiekosten” en alles komt goed.
Het voorgaande plaatst de huidige discussie over sociale zekerheid en fraude door uitkeringsgerechtigden in een wel heel merkwaardig daglicht.

De eed of de belofte, die gemeenteraadsleden bij hun aantreden afleggen, is kennelijk alleen noodzakelijk voor beeldvorming.

Wordt vervolgd.

Gemeenteraad 1 maart 2011

Op de agenda van de raad stond onder meer het verzoek dat ik op 14 december 2010 heb gedaan.
De inhoud daarvan kunt u hier lezen.

Alle politieke partijen in de raad gaven over het verzoek hun mening.
Het gegeven, dat Deloitte al een onderzoek doet naar het declaratiegedrag van de raadsleden Wiarda en De Haas was raadsbreed een begrijpelijke de reden om de uitkomsten van dit onderzoek verder af te wachten.

Merkwaardigerwijs gaf de PvdA aan een integriteitsonderzoek sec overbodig te vinden “omdat dit een te zware belasting voor de ambtelijke organisatie met zich mee zou brengen.”
DSSW was van oordeel, dat er “zware woorden” waren gebruikt en vond een integriteitsonderzoek te duur. Ze vond tevens, dat de gehele raad in een kwaad daglicht was gesteld.
Het CDA parkeerde vooralsnog haar mening zonder inhoudelijk commentaar.
Ook PW wenste op basis van eerdere raadsbesluiten geen nader onderzoek en zei eveneens het onderzoek van Deloitte af te wachten.

De VVD tenslotte, sprak haar verbazing uit omdat zij van oordeel was, dat ondergetekende medeverantwoordelijk was voor het declaratiegedrag van Wiarda en De Haas.
Voor deze fractie is de boodschapper kennelijk belangrijker dan de inhoud van de boodschap.

Het ziet er politiek naar uit, dat het frauduleuze declaratiegedrag van Wiarda en De Haas met de mantel der liefde zal worden bedekt.

Wordt vervolgd.