StatCounter

donderdag 19 mei 2011

Zuiveringseed

Artikel 14 van de Gemeentewet schrijft voor, dat ieder raadslid voordat hij of zij kan worden benoemd en aan de beraadslagingen kan deelnemen de zuiveringseed moet afleggen. Deze gang van zaken is niet vrijblijvend doch een voorwaarde. Een gedeelte van deze eed of zo u wilt belofte luidt als volgt:

“Ik zweer (verklaar) dat ik, om tot lid van de raad benoemd te worden, rechtstreeks noch middellijk, onder welke naam of welk voorwendsel ook, enige gift of gunst heb gegeven of beloofd.
“Ik zweer (verklaar en beloof) dat ik, om iets in dit ambt te doen of te laten, rechtstreeks noch middellijk enig geschenk of enige belofte heb aangenomen of zal aannemen.
“Ik zweer (beloof) dat ik getrouw zal zijn aan de Grondwet, dat ik de wetten zal nakomen en dat ik mijn plichten als lid van de raad naar eer en geweten zal vervullen.”
Ook fractievoorzitter De Haas en raadslid Wiarda legden op 11 maart 2010 ten overstaan van de voorzitter van de gemeenteraad mevrouw T. Slagman-Bootsma, de overige adspirant-raadsleden en een volle publieke tribune deze verklaring af.
Beiden waren tevoren van de tekst op de hoogte gesteld. Ze wisten dus welke verklaring van hen werd verlangd en legden deze verklaring ook daadwerkelijk af.

Uit de declaraties van ten laste van het fractiebudget 2009 blijkt, dat onder hun verantwoordelijkheid in één kwartaal een bedrag van meer dan € 900,- bureaukosten (hoofdzakelijk printerinkt!) van de kiesvereniging Gemeentebelangen ten laste werden gebracht van het fractiebudget i.c. de belastingbetaler. Daaruit blijkt ook, dat de webhosting van de GB-verenigingswebsite uit de fractiekas werd betaald.
De verklaring van De Haas en Wiarda, dat zij rechtstreeks noch middellijk, onder welke naam of welk voorwendsel ook, enige gift of gunst aan derden hebben gegeven is dus een verklaring die niet strookt met de werkelijkheid.

Daarnaast lapte mevrouw Wiarda de zuiveringseed aan haar laars door artikel 99 van de Gemeentewet te overtreden en zichzelf als fractielid een vergoeding wegens administratiekosten website van de kiesvereniging Gemeentebelangen - eveneens ten laste van de fractiekas - toe te eigenen. Ook hierdoor is de verklaring die op 11 maart 2010 werd afgelegd om tot raadslid te kunnen worden benoemd in strijd met de feiten.

Als een raadslid willens en wetens bij het afleggen van de zuiveringseed de waarheid niet spreekt ontvalt daarmee één van de vereisten van de benoeming tot raadslid en dient de benoeming ongedaan te worden gemaakt.

Wordt vervolgd.

dinsdag 17 mei 2011

Het zorgvuldigheidsbeginsel

In een eerder bericht maakte ik u deelgenoot van het feit, dat er vanavond een openbare hoorzitting plaatsvindt over de weigering van de voorzitter van onze gemeenteraad mij op basis van de Wet openbaarheid van bestuur afschriften te verstrekken van de declaraties van de fractie van Gemeentebelangen over 2010.

Onlangs ontving ik dit verweerschrift gedateerd op 9 mei 2011 en dat de dag daarop werd verzonden.

In het verweer onder ii. wordt gesteld:

  • De controle op de fractieverantwoording vindt op dit moment plaats.”
  • Nu de controle nog loopt is de opgevraagde informatie onrijp en kan leiden tot de nodige onrust.”

Toen ik van het voorgaande kennis nam werd ik op een bijzondere manier bedroefd en ik zal u zeggen waarom.

De besluitenlijst van het college van burgemeester en wetbouders van 12 april 2011 bevat onder punt 12 het onderwerp: Programmarekening 2010. Te lezen valt, dat het college de rekening conform het ambtelijk voorstel goedkeurde. In deze rekening zijn vanzelfsprekend tevens de fractiedeclaraties opgenomen.

De Programmarekening 2010 werd vervolgens naar de raadscommissie Bestuur en Middelen gestuurd, die dit onderwerp op 10 mei j.l. behandelde. Tijdens de vergadering voorzag de huis_accountant het onderwerp van een uitgebreide toelichting en beantwoordde vragen van de commissieleden. De commissie besloot tenslotte de Programmarekening met een positief advies door te geleiden naar de raadsvergadering van 31 mei a.s. zodat de goedkeuring daarvan reeds bij voorbaat vaststaat.

In het licht van het voorgaande stemt het verweer van 9 mei 2011, dat niet aan mijn verzoek kan worden voldaan omdat de rekeningen en de bonnetjes nog moeten worden gecontroleerd tot een bedroefdheid die voor sommigen zelfs tot een ernstige vorm van depressiviteit zou kunnen leiden. Eén van de algemene beginselen van behoorlijk bestuur is het zorvuldigheidsbeginsel. Bestuurlijk Westerveld wist of had kunnen weten dat de declaraties van alle fracties inclusief die van Gemeentebelangen al hoog en breed in de rekening 2010 waren verwerkt. Bovenvermelde gang van zaken lijkt niet meer op een slordigheid. Het heeft iets van: doelbewust obstructie plegen.

Hier word ik als inwoner van de gemeente Westerveld niet echt vrolijk van.
Boer pas op je kippen!

Wordt vervolgd.