Op te beginnen moet ik u eerst
mededeling doen omtrent de inhoud van artikel 2.3 van de Algemene Wet
Bestuursrecht. Dit luidt:
Art. 2:3. [Doorzendplicht]
1. Het bestuursorgaan zendt
geschriften tot behandeling waarvan kennelijk een ander
bestuursorgaan bevoegd is, onverwijld door naar dat orgaan, onder
gelijktijdige mededeling daarvan aan de afzender.
2. Het bestuursorgaan zendt
geschriften die niet voor hem bestemd zijn en die ook niet worden
doorgezonden, zo spoedig mogelijk terug aan de afzender.
Voorts heb ik Van Dale er toch nog maar eens
nageslagen op het begrip “onverwijld”.
Het betekent: zonder uitstel. De
synoniemen voor onverwijld zijn: accuut, dadelijk, direct, meteen,
ogenblikkelijk, onmiddellijk, subiet, terstond, zonder uitstel.
De wet is dus helder: als B&W niet
tot behandelen bevoegd zijn dient het verzoek direct doorgestuurd te
worden naar het bestuursorgaan dat wel bevoegd is.
Vandaag ontving ik deze mededeling
namens het college van B&W.
Het college heeft er dus op een week na
twee maanden over gedaan om te beslissen of men een rechtsgeldig
raadsbesluit openbaar wenst te maken. Normaal te doen gebruikelijk
neemt de Raad besluiten en het college voert deze uit met het
raadsbesluit als opdracht.
In dit geval stuurt het college het
WOB-verzoek uiteindelijk door naar de Raad. Kennelijk is er geen
rechtsgeldig raadsbesluit en werd ik eerder met een kluitje het riet
ingestuurd.
Ten overvloede: het college wijst het verzoek niet af met als motivatie: we hebben geen besluit maar stuurt het verzoek door naar de Raad.
Maar: de Raad nam toch al een besluit het klaagschrift niet in behandeling te nemen? Voor uw informatie: ik heb per kerende post de Nationale Ombudsman ingeschakeld.
Maar: de Raad nam toch al een besluit het klaagschrift niet in behandeling te nemen? Voor uw informatie: ik heb per kerende post de Nationale Ombudsman ingeschakeld.
Op het WOB-verzoek van 22 juni 2013 ontving
ik dit verdagingsbesluit waarin
namens de gemeenteraad wordt meegedeeld dat de
beslistermijn over het verzoek is verlengd tot 17 augustus 2013.
Dit
is merkwaardig omdat uit deze mededeling blijkt dat het verzoek nog
naar de gemeenteraad moet worden doorgezonden. Maar kennelijk heeft
de Raad het verzoek al want anders kon het besluit tot verdaging toch
niet worden genomen?
De
vraag is ook of er nu sprake is van manipulatie of gewoon dommigheid?
Ook
het vonnis van de rechtbank wacht
een maand na dato nog steeds op volledige uitvoering.
Conclusie: de gang van zaken is een
treffend voorbeeld van onbehoorlijk bestuur in optima forma.
Wordt vervolgd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten